De waarde van carbohydraat deficiënte transferrine (CDT) als de meest directe en meest accurate indicator van alcoholmisbruik is ruimschoots aangetoond in de wetenschappelijke literatuur. De CDT-test die door GIB Laboratories wordt gebruikt om serummonsters te beoordelen op significante niveaus van alcoholmisbruik werd gevalideerd met gebruikmaking van 184 klinisch gedefinieerde positieve en 203 klinisch gedefinieerde negatieve specimens. Met gebruikmaking van een gedefinieerde cutoff van significantie en een speciaal testalgoritme heeft GIB Laboratories in deze studie vastgesteld dat de gevoeligheid van de commerciële CDT enzyme immunoassay (CDT EIA) 88 procent is, de specificiteit groter dan 99 procent, en de intra- en inter-run reproduceerbaarheid minder dan zeven procent, ongeveer driemaal nauwkeuriger dan de meeste bevestigingstests voor CDT. Gezien de zeer lage verwachte frequentie van echte fysiologische oorzaken van niet-specificiteit (minder dan één procent), de uitstekende specificiteit van de test (volgens de ervaring van GIB Laboratories), en de technische problemen, vertragingen en kosten die met alle “bevestigende” technologieën gepaard gaan, kan niet worden aanbevolen bevestigende CDT-tests uit te voeren, tenzij een individueel laboratorium een onaanvaardbare specificiteit in zijn screeningtests ervaart. Het lijkt erop dat het uitvoeren van CDT-“bevestigingstests” wanneer de specificiteit van de screeningtest zo hoog is als in deze studie is vastgesteld, kan resulteren in drie waarschijnlijkheden 1) een toename van het aantal fout-negatieve resultaten; 2) weinig correcties in het zeer kleine aantal fout-positieve resultaten; en 3) in grotere kosten en vertraging voor de klanten van het laboratorium.