Onderwijs
De jonge Paul Revere groeide op in de straten van Boston’s North End, een buurt die toen net zo bruisend was als nu. Het gebied waar rijke elegantie zich mengde met luidruchtig straatpubliek was alo de thuisbasis van ambachtslieden en handwerkslieden zoals Paul Revere’s vader. Onder degenen die in dezelfde buurt opgroeiden waren de Who Is Who van de Amerikaanse Revolutie. Sam Adams was de oudste van het stel en studeerde al aan Harvard. John Adams, Joseph Warren, Josiah Quincy, John Hancock groeiden allen op in North End. Thomas Hutchinson, de toekomstige koninklijke gouverneur van Massachusetts van 1771 tot 1774 en een prominent Loyalist, woonde in een herenhuis dat letterlijk naast het huis van Revere stond. Hij werd later een van de bitterste vijanden van de Revolutie, maar werd tegelijkertijd door John Adams omschreven als een “zeer goede heer”.
Om het onderwijs dat Paul Revere genoot beter te begrijpen, is het nuttig om kort te beschrijven hoe het schoolsysteem van Boston in die tijd functioneerde. Het begon gewoonlijk met primitieve kleuterscholen, geleid door dames, waar kinderen niet veel leerden lezen of schrijven, maar vooral “manieren”. Het leren van hun ABC was voor veel kinderen het einde van hun schooltijd. Degenen die verder kwamen, gingen naar een van de vijf openbare scholen die door schenking van de gouverneur bestonden. Privé-scholen waren er nog minder. Iets meer dan 500 leerlingen bezochten dergelijke scholen, zowel openbare als particuliere. De scholen waren onderverdeeld in Latijnse (of gymnasium) scholen, waar hoger onderwijs werd gegeven, en in Schrijversscholen, meestal voor leerlingen die ambachtslieden wilden worden. Onder degenen die naar de North Writing school werden gestuurd was de jonge Paul, wiens vader waarschijnlijk van plan was dat hij de traditie van het zilversmidsvak zou voortzetten.
Revere bezocht de North Boston Writing tussen zijn 7de en 13de jaar. De Latijnse scholen niet meegerekend, stond North Boston bekend als een van de twee beste scholen, zodat de jonge Paul boeken kon lezen over scheikunde, het onderwerp dat met zijn beroep te maken had, en duidelijk kon schrijven met minder grammatica- en spelfouten dan zijn leeftijdsgenoten. Later in zijn leven voelde Revere zich ongetwijfeld ondergeschoold in het gezelschap van Samuel Adams en John Hancock die naar Harvard gingen en toen hij een kans kreeg stuurde hij zijn eigen zonen naar Latijnse scholen.
Revere’s familie ging naar de New Brick kerk die ook wel de Cockerel Church werd genoemd vanwege de haanfiguur die op de dakspits was gemonteerd. De jonge Revere vond echter een baan als klokkenluider in een andere kerk, Christ Church genaamd, ook bekend als de Old North Church. Het was op de toren van deze kerk dat de beroemde lantaarn “Eén over land, twee over zee” werd geplaatst tijdens de beroemde Middernachtrit vele jaren later. De kerk had een zogenaamde “koninklijke peal” van acht klokken die vandaag de dag nog steeds luiden en worden beschouwd als een van de best klinkende klokken in Amerika. Het kerkmuseum bewaart het originele contract dat door Revere en vijf andere jongens werd ondertekend om de klokken drie keer per week twee uur te luiden. In dit document noemen zij zichzelf een “genootschap”. Deze traditie is tot in onze dagen voortgezet door het MIT Gilde van Klokkenluiders.
Volgende hoofdstuk – Familie >>