Heronderzoek naar de vader van de moderne chirurgie

Genie aan de rand: The Bizarre Double Life of William Stewart Halsted
By Gerald Imber
Hardcover, 412 pages
Kaplan Publishing
Lijstprijs: $25.95

Hoofdstuk Drie

Physicians and Surgeons

Halsted keerde in de herfst van 1874 naar huis in New York City terug en werd een van de 550 jonge mannen die zich inschreven aan het College of Physicians and Surgeons aan 23rd Street en Fourth Avenue. Hoewel het College verbonden was aan het prestigieuze Columbia College, was Physicians and Surgeons, zoals alle medische scholen in het land, een bedrijf. In werkelijkheid waren het niet veel meer dan handelsscholen, en de instructeurs profiteerden van de grote toeloop door mee te delen in de inkomsten. Kandidaten hoefden geen universitaire graad te hebben om toegelaten te worden. De colleges waren slecht voorbereid en werden slecht bezocht. De studenten hadden weinig reden om de colleges of de docenten serieus te nemen, en hoongelach en gesnurk waren aan de orde van de dag. De driejarige opleiding was bijna uitsluitend didactisch van aard en er werd geen laboratorium- of klinisch werk verlangd. Studenten onderzochten geen patiënten en zagen vaak helemaal geen patiënten. De meeste faculteitsleden waren bekwaam en hooggestemd, maar het uiteindelijke doel was het vullen van de plaatsen en het afstuderen van artsen.

Om de gaten in hun opleiding te vullen, schreven de meeste studenten zich in voor privé-bijlessen die quizzen werden genoemd. Deelname aan de quizzen was duur en kostte wel $100 per jaar, het equivalent van meer dan $2.000 in huidige waarde. Het jaarlijkse collegegeld voor de medische faculteit van $140, of $2.800 in huidige waarde, was niet veel hoger. Verschillende deskundigen, waaronder enkele van de eigen docenten van de school, trommelden de studenten geneeskunde feiten in het hoofd tot ze aan het einde van het derde jaar genoeg konden opdreunen om te slagen voor hun eindexamen. Klinieken, waar studenten artsen konden observeren die patiënten behandelden, waren beschikbaar maar niet verplicht en werden dan ook weinig bezocht.

Hoe ontoereikend dit onderwijs ook was, Physicians and Surgeons stak ver boven de meeste medische scholen in het land uit. Steeds meer scholen zoals Physicians and Surgeons in New York en de Harvard Medical School in Boston probeerden wetenschap en onderwijs serieuzer te nemen, maar er was geen consensus, geen model om na te volgen, en ze hadden moeite hun weg te vinden. De bacteriële basis voor ziekte werd duidelijk, maar de meeste artsen waren niet bereid het geloof van Hippocrates in het mystieke evenwicht der humoren op te geven. Wetenschappers waren in de minderheid, en geneeskunde werd grotendeels onderwezen zoals het eeuwenlang was geweest.

Ondanks het sombere systeem waarin hij terecht kwam, slaagde Halsted erin om de beste leraren en rolmodellen uit te zoeken. Elke student aan Physicians and Surgeons kreeg een leermeester van de faculteit toegewezen die als zijn mentor zou dienen. Het mentorschap was dun gespreid, omdat de mentoren toezicht hielden op meerdere studenten in elk van de drie klassen. Het was aan de student om het beste van de gelegenheid te maken. Halsted schreef zich in bij Henry B. Sands, een chirurg en professor in de anatomie, het onderwerp dat zijn aanvankelijke belangstelling voor de geneeskunde had aangewakkerd.

Van meet af aan bracht Halsted veel tijd door in het dissectielab, zowel om van Sands te leren als om zijn eigen werk te doen. Behendig en ijverig, werd hij snel een expert in de ogen van zijn medestudenten en stak ver boven de anderen uit in de ogen van zijn leermeester. Sands maakte van de gelegenheid gebruik om een deel van het demonstratie- en voorbereidingswerk over te hevelen naar zijn leerling.

John C. Dalton, wiens leerboek Halsted had geïnspireerd bij zijn buitenschoolse lectuur op Yale, was ook op de faculteit van P&S. Dalton’s interesses waren veelomvattend, en hij bestudeerde alles van lokalisatie van hersenfuncties tot de fysiologie van de spijsvertering. Het werk zelf was belangrijk, maar Dalton’s buitenissige wetenschappelijke benadering was een baanbrekend voorbeeld van het experimentele model. Zijn studenten werd geleerd dierlijke en menselijke experimenten uit te voeren en de fysiologische reacties op stimuli te observeren. Traditioneel vertelden docenten de studenten gewoon wat de verwachte reactie zou zijn. Dalton leerde de studenten een spier te stimuleren, de reactie te meten, en zo oorzaak en gevolg te leren kennen. Deze methode zou het model worden voor medisch onderwijs in de toekomst, en maakte een blijvende indruk op de jonge Halsted. Hij begon steeds grotere delen van zijn dag in het fysiologie laboratorium door te brengen en werd uiteindelijk Dalton’s voornaamste assistent en een expert in het gebruik van het experimentele model.

Het was een perfect begin. In de opvoedende handen van Dalton en Sands, was Halsted enthousiast over zijn werk. Het bijwonen van lezingen, lezen, en het doen van dissecties met Sands en experimenten met Dalton was een zware belasting, maar hij kreeg energie van de eisen. Opzettelijk of niet, Halsted had het vermogen om zich te associëren met de belangrijke figuren in zijn wereld. Later in zijn leven, toen de rollen waren omgedraaid, zou Professor Halsted’s radar fijn afgesteld zijn tegen jonge chirurgen die op zoek waren naar zijn goede gunsten, en hen feilloos afsnijden bij de knieën.

In zijn tweede jaar bij Physicians and Surgeons, begon hij chemische proeven uit te voeren in het kantoor van Dr. Alonzo Clark. Clark was president van de medische faculteit, professor in de pathologie en in de praktijk van de geneeskunde, en de belangrijkste medisch adviseur in de stad.

In de zomer van 1875 raakte Halsted bevriend met Thomas McBride. McBride, die enkele jaren ouder was dan hij, was al hoofdarts in het Centre Street Dispensary, waar Halsted de zomer doorbracht om in de apotheek te leren over de drankjes, pleisters, pillen en tonics die in die tijd populair waren. McBride was een vrolijke, knappe man in de stad, en zeer succesvol in zijn praktijk. Hij verdiende veel geld en gaf het kwistig uit, en was in zekere zin een rolmodel voor de jongere man. Zij brachten veel tijd samen door en hun levens raakten nauw met elkaar verweven.

Met zijn belangstelling voor anatomie en chirurgie greep Halsted elke gelegenheid aan voor dissectie en bracht vele uren door aan de tafel. Omdat hij over voldoende financiële middelen beschikte, kocht hij extra kadavers, die hij ontleedde en bestudeerde tot ver boven het niveau dat van studenten werd verlangd.

Aan het eind van zijn tweede jaar kregen het harde werk en de buitenschoolse activiteiten eindelijk de overhand op hem. Uitgeput trok hij zich terug op Block Island, een van de ruige en geïsoleerde stippen van de eindmorene voor de kust van Rhode Island. Daar bracht hij de zomer van 1876 door om bij te komen.