Deze boerderij werd rond 1784 gebouwd door William Dyckman en was ooit het middelpunt van een bloeiende boerderij van meer dan 250 hectare groot. De Dyckmanboerderij is samen met de rokerij en de gereconstrueerde “Hessian Hut” sinds 1916 een openbaar museum.
De patriarch van de familie, Jan Dyckman, arriveerde in de jaren 1660 in Nieuw-Amsterdam en begon land te verwerven in het noorden van Manhattan.
Tijdens de Amerikaanse Revolutie had Jan’s kleinzoon William het landgoed van Dyckman geërfd en de hofstede van de familie stond vlakbij de huidige 210th Street en de Harlem River.
Tijdens de Britse bezetting van Manhattan (1776-83) ontvluchtten William Dyckman en zijn vrouw Mary hun huis en zochten zij hun toevlucht in het noorden van New York.
Toen de oorlog ten einde was, keerde William terug en trof hij het huis van zijn familie verwoest aan. Er wordt aangenomen dat hij onmiddellijk begon met de bouw van deze nieuwe boerderij, waarbij hij koos voor een locatie verder landinwaarts en aan de nieuw omgelegde Kingsbridge Road (nu Broadway).
Het kleine, twee verdiepingen tellende huis in Nederlandse koloniale stijl dat William bouwde, diende drie generaties van de Dyckman-familie.
Williams zoon Jacobus nam het in de jaren 1790 over, richtte de boerderij opnieuw op en zag deze floreren. Na zijn dood erfden Jacobus’ twee vrijgezelle zonen Isaac en Michael de boerderij.
In de jaren 1850 verhuisden Isaac, Michael en hun neef Isaac Michael Dyckman, waarmee een einde kwam aan het verblijf van de Dyckman-familie hier.
Na Isaacs dood in 1868 erfde Isaac Michael een groot deel van het landgoed. De boerderij werd in de jaren 1870 niet langer door de familie bewoond en diende de volgende decennia voornamelijk als huurwoning.
In het begin van de 20e eeuw was de boerderij in verval geraakt en was het landelijke karakter van de buurt aan het veranderen.
Om ervoor te zorgen dat de boerderij, hierboven gefotografeerd in 1895, behouden zou blijven, kochten Mary Alice Dyckman Dean en Fannie Fredericka Dyckman Welch, dochters van Isaac Michael, het landgoed in 1915. Samen met hun echtgenoten, curator Bashford Dean en architect Alexander McMillan Welch, ondernamen zij een grootscheeps restauratieproject om de boerderij terug te brengen naar wat zij dachten dat het oorspronkelijke uiterlijk was. Ze richtten het interieur in en legden het terrein aan.
Een nagebouwd rookhuis en een gereconstrueerde “Hessische hut” werden ook aan het terrein toegevoegd.
De Dyckman Farmhouse is eigendom van het New York City Department of Parks and Recreation en is aangesloten bij de Historic House Trust of New York City.
Voor informatie over het Dyckman House Museum kunt u terecht op hun website.